Mijn oma noemde me altijd een vreemdeling, een buitenlander, niet van haarzelf. Ik groeide op en werd moeder. Laatst kwam mijn oma naar mijn werkplek. Ze zei.

Zolang ik me kan herinneren, heeft mijn oma me altijd een vreemdeling genoemd, een vreemde, niet de mijne…

Ik weet niet waarom ze dat dacht. Ik lijk immers op mijn vader, niet op mijn moeder. Waarschijnlijk zijn deze vermoedens, die uitgroeiden tot vertrouwen, ontstaan omdat mijn ouders van het dorp naar de stad verhuisden. Mijn vader vertrok als eerste en zes maanden later trok mijn moeder bij hem in. Ze was al zwanger.

Dus verdacht mijn oma mijn moeder van overspel. Ik was beroofd van de liefde van mijn grootouders. Als kind begreep ik niet waarom. Waarom houden ze niet van me? Mijn moeder was natuurlijk beledigd door deze houding tegenover mij en zichzelf. Ze had vaak ruzie met mijn vader vanwege de laster van mijn schoonmoeder. Maar mijn vader bleef liever neutraal en kwam nooit voor mij op.

Toen kreeg ik een zus, Anyuta. Mijn grootouders hielden heel veel van haar. Ze kochten allerlei dingen en cadeautjes voor haar. Voor mij kochten ze nooit iets. Maar Anyuta en ik waren heel vriendelijk, we hielden van elkaar en hadden nooit ruzie. Als ze weer een snoepje, snoepje of peperkoek kreeg, kwam ze meteen naar mij toe om het te delen.

Jaren gingen voorbij, ik groeide op, ging naar de universiteit en studeerde rechten. Nu werk ik op een advocatenkantoor. Ik verdien goed en spaar voor een hypotheek. Laatst kwam mijn oma naar me toe op het werk. “Kleindochter, liefje,” begon ze haar verhaal, “onze Ivan is gearresteerd.

Help me hem daar weg te halen. Ivanko is haar jongste zoon, mijn oom, vier jaar ouder dan ik. Als kind noemde diezelfde Ivanko me, in navolging van zijn moeder, altijd een “bastaard”, plaagde me en bespotte me op alle mogelijke manieren. “Zo, al een ‘kleindochter’,” zei ik, “hoe ben je hier gekomen, aangezien ik een ‘inheemse kleindochter’ ben geworden van een ‘bastaard’ en een ‘bastaard’. “Jij en je zoon hebben me mijn hele jeugd beledigd en misbruikt, en nu kom je om hulp vragen?

Ik ga je niet helpen. Ga maar naar een andere advocaat. Mijn oma is beledigd weggegaan. Mijn geweten kwelt me niet. Van het woord “helemaal niet”. Ik wil diegenen niet helpen die mij en mijn moeder mijn hele leven zonder reden hebben beledigd en vernederd.

Související Příspěvky